Vice Versa | Sinds de schaamteloze rechtszaak van Big Pharma tegen Nelson Mandela is veel ten goede veranderd: voor tientallen landen zijn generieke en dus veel goedkopere aidsmedicijnen nu voorhanden. Een interview met patentjuriste Ellen ’t Hoen, bedenker van de ‘patentpool’, dat intellectueel eigendom beheert en licenties uitgeeft. Ook toepasbaar op andere belangrijke medicijnen, vindt ze.

Een blunder kan ook tot iets goeds leiden. Dat blijkt maar weer uit de lange staart na de rechtszaak die Big Pharma in 1998 aanspande tegen Nelson Mandela, die met een wetsverandering de toegang tot goedkope aidsmedicijnen wilde vergroten. Nu, twintig jaar later, zijn de prijzen van aidsmedicijnen dramatisch gedaald dankzij de beschikbaarheid van generieke aidsmedicatie. Een behandeling die eerder nog tien- tot vijftienduizend dollar per patiënt per jaar kostte, kan tot 350 dollar worden teruggebracht.

‘Die rechtszaak was niet slim van Big Pharma, maar het hielp de discussie over de patenten op medicijnen wel erg’, blikt juriste Ellen ’t Hoen. Zij strijdt al decennialang tegen medicijnmonopolies en is daar begin dit jaar op gepromoveerd. In haar proefschrift laat ze zien hoe de patentenstrijd rondom hiv en aids, begonnen met die beruchte rechtszaak, een leerschool kan worden voor andere essentiële medicijnen.

Dit interview verscheen in de Vice Versa themaspecial over aids, in aanloop naar de Aids2018 conferentie, juli 2018. Lees hier het hele artikel (gratis). 

Ik schreef ook een terugblik op de aidsbestrijding in Amsterdam, dat nu mondiaal voorbeeld van succesvolle bestrijding is, dankzij onder meer intensieve samenwerking en actieve betrokkenheid van aidsactivisten.